Nederlandse skateboarders reageren teleurgesteld op het besluit om het topsportbudget voor hun sport in te trekken. Hierdoor krijgen talenten minder ondersteuning en dreigt het momentum na de introductie van skateboarden als Olympische sport verloren te gaan.
Topsportbudget ingetrokken
Het besluit om het budget stop te zetten komt na evaluatie van de prestaties tijdens de Olympische Spelen in Tokio, waar skateboarden voor het eerst op het programma stond. Ondanks de potentie van jonge Nederlandse talenten, hebben zij nu te maken met een gebrek aan financiële middelen en professionele ondersteuning. De impact hiervan is volgens betrokkenen groot: talentvolle skateboarders kunnen minder trainen en missen kansen om internationaal mee te doen.
Jong talent in de kou
Voor veel jonge sporters betekent het verlies van het budget dat ze niet langer kunnen rekenen op trainingskampen, goede faciliteiten en begeleiding. Dit maakt het voor hen lastig om zich door te ontwikkelen. “We zien talenten nu thuis op de bank zitten, in plaats van in een skatepark of op internationale wedstrijden,” zegt een trainer.
Gevolgen voor de sport
Het besluit roept vragen op over de toekomst van skateboarden in Nederland. Zonder de juiste ondersteuning dreigt de sport een stap terug te doen, terwijl het succes van de introductie op de Olympische Spelen juist een stimulans had moeten zijn. Skateboarders vrezen dat het moeilijk wordt om een nieuwe generatie te inspireren en op te leiden zonder de nodige middelen.
Hoop op herziening
De Nederlandse Skateboard Bond heeft aangegeven in gesprek te willen gaan met de betrokken instanties om het besluit te herzien. De bond hoopt dat er alsnog een oplossing komt om de sport te ondersteunen, zodat talenten kunnen blijven groeien en Nederland een rol kan spelen op het internationale toneel.