Het huidige verbod op de export van F-35-onderdelen naar Israël kan gehandhaafd blijven, adviseert advocaat-generaal Paul Vlas aan de Hoge Raad. Volgens Vlas heeft het hof terecht geoordeeld dat er een duidelijk risico bestaat dat Israëlische F-35-gevechtsvliegtuigen ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht in de Gazastrook plegen. Het kabinet heeft dit risico onvoldoende meegewogen, waardoor de rechter de exportvergunning mocht intrekken.
Hoewel het advies van de advocaat-generaal zwaar weegt, is de Hoge Raad niet verplicht het op te volgen. In zaken met grote maatschappelijke belangen kan de Raad tot een ander oordeel komen. Een definitieve uitspraak wordt begin volgend jaar verwacht.
Mensenrechtenorganisaties eisen stopzetting leveringen
Drie mensenrechtenorganisaties—Oxfam Novib, PAX en The Rights Forum—hebben een rechtszaak aangespannen om de levering van F-35-onderdelen aan Israël te stoppen. Zij stellen dat Nederland bijdraagt aan genocide en schendingen van het oorlogsrecht, aangezien deze straaljagers worden ingezet bij bombardementen op Gaza. Sinds de Hamas-aanval op Israël vorig jaar zijn daarbij bijna 45.000 mensen omgekomen.
De Nederlandse regering betoogt dat de rechter zich niet moet mengen in het buitenlandbeleid, zeker niet als er voldoende steun voor is in de Tweede Kamer. Volgens de landsadvocaat kan alleen een internationale rechter oordelen over mogelijke schendingen van genocideverdragen. Daarnaast is Nederland gebonden aan internationale militaire afspraken over de straaljagers.
Eerdere uitspraken en huidige situatie
Aanvankelijk stond de rechter de export van F-35-onderdelen toe, in lijn met het standpunt van de Staat. Echter, in hoger beroep oordeelde het hof dat er wel degelijk een risico is op schending van het oorlogsrecht, waardoor de export verboden werd. Hoewel de regering tegen dit vonnis in cassatie ging bij de Hoge Raad, zijn directe leveringen aan Israël stopgezet. Toch kan Israël via omwegen aan Nederlandse reserveonderdelen komen, omdat het lastig is de eindbestemming te controleren van onderdelen die aan een internationale militaire pool worden geleverd.
De F-35-onderdelen zijn opgeslagen op Vliegbasis Woensdrecht, vanwaaruit Europese landen en Israël worden bevoorraad. Voor sommige onderdelen, zoals het landingsgestel en de bekabeling, zijn Nederlandse fabrikanten de enige leveranciers wereldwijd.
Beide partijen kunnen nu reageren op het advies van de advocaat-generaal. Daarna zal de Hoge Raad een definitief oordeel vellen.