Recent onderzoek door Nederlandse oncologen uit Amsterdam en Rotterdam toont aan dat de behandeling van uitgezaaide borstkanker effectiever en minder belastend kan zijn. Door het later inzetten van CDK4/6-remmers in combinatie met hormoontherapie ervaren patiënten minder bijwerkingen en wordt de levenskwaliteit verbeterd.
Traditioneel krijgen vrouwen met hormoongevoelige uitgezaaide borstkanker direct een combinatie van hormoontherapie en CDK4/6-remmers. Hoewel deze aanpak de levensduur verlengt, gaan de remmers vaak gepaard met bijwerkingen zoals vermoeidheid en een verminderde bloedaanmaak. Het nieuwe onderzoek, waaraan 1050 patiënten deelnamen, suggereert dat het uitstellen van de start met CDK4/6-remmers tot na de hormoontherapie even effectief is in het beheersen van de kanker, maar met aanzienlijk minder bijwerkingen.
Deze aangepaste behandelmethode leidt niet alleen tot een betere levenskwaliteit voor patiënten, maar ook tot aanzienlijke kostenbesparingen. In Nederland wordt geschat dat deze aanpak jaarlijks ongeveer 45 miljoen euro kan besparen. Internationaal is er eveneens veel belangstelling voor deze bevindingen, die zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature.
De studie, bekend als de Sonia-studie, werd uitgevoerd door de Borstkanker Onderzoeksgroep (BOOG) en gefinancierd door ZonMw en zorgverzekeraars. De resultaten hebben geleid tot aanpassingen in de Nederlandse behandelrichtlijnen, waarbij CDK4/6-remmers niet langer standaard vanaf het begin van de behandeling worden voorgeschreven.